Duurzame meubelen, het gonst door de branche. FSC hout, PEFC hout, hergebruikt hout, PET flessen verwerkt tot zitschalen (of houtspaanders en oude dashboards uit auto’s); iedereen lijkt de mouwen op te stropen om duurzaam te produceren. Een andere optie is bamboe. Geen hout, maar gras. Groeit pijlsnel en kan prima worden verbouwd zonder het areaal uit te putten. Maar de adder on het gras: de lijm waarmee het samengeperste bamboe bij elkaar wordt gehouden. Is dit slecht voor het milieu of niet? Het Amerikaanse merk Greenington presenteert zich in ieder geval als groene leverancier tijdens de High Point Market, morgen in High Point, North Carolina. Dit is een hele grote interieurbeurs: meer dan 2.000 exposanten verspreid over 180 gebouwen in het dorp.

Greenington, uit de Amerikaanse staat Washington, is lid van de Sutainable Furniture Association en ontving laatst een Global Goodness Award van de Las Vegas Market vakbeurs. Het bedrijf startte in 2004 nadat de oprichter goede reacties kreeg op de bamboe meubelen die hij voor zichzelf had gemaakt. Inmiddels is het bedrijf uitgegroeid tot een fabriek in het plaatsje Kent. Greenington gebruikt moso bamboe (dat zeer geschikt is voor meubelen, wanden en vloeren en NIET gegeten wordt door pandaberen) en perst dit zelf samen met behulp van een lijm (maar wat voor lijm? De site van het bedrijf vertelt het niet).

Waarom bamboe? Het is sterker dan eiken (nadat het geperst is, uiteraard), kan al na 5 jaar worden gekapt (een eik pas na 70 jaar, Braziliaans noten na 40 en Jarrah pas na een eeuw), het slaat carbonoxide goed op en geeft 35 procent meer zuurstof af dan bomen (aldus de fabrikant), het wordt duurzaam en met zorg verbouwd en de gehele bamboespriet (het blijft gras…) wordt gebruikt door Greenington. Het zaagsel gaat naar de droogovens en de persen van de fabriek. Greenington voldoet aan de ISO 14001 Milieu Management norm. Op de foto de Laurel dining set van Greenington.