
Voormalig Leolux-topman: ‘De situatie van het bedrijf maakt me doodongelukkig’
De voormalige topman van Leolux, Jan Sanders, uit in De Limburger scherpe kritiek op de huidige gang van zaken binnen het Venlose familiebedrijf. Sanders, die 32 jaar aan het roer stond en nog altijd bijna een kwart van de aandelen bezit, zegt met “bloedend hart” te zien hoe Leolux in zwaar weer verkeert. Hij noemt de situatie “desastreus” en hekelt de aanpak van de door de Ondernemingskamer aangestelde interim-bestuurders.
Familieruzie escaleert
De spanningen binnen het familiebedrijf kwamen eerder dit jaar aan het licht toen Sanders en zijn zoon Sebastiaan, die de derde generatie vertegenwoordigt, lijnrecht tegenover elkaar kwamen te staan. De Ondernemingskamer greep daarop in en stelde externe bestuurders aan om rust en richting te brengen in het management van Leolux. Volgens Sanders ontbreekt het de huidige leiding aan visie en kennis van de meubelbranche. Beslissingen over herstructurering en organisatieverandering zouden volgens hem te lichtzinnig worden genomen, zonder voldoende oog voor de lange termijn. “De teloorgang van het bedrijf maakt me doodongelukkig,” zegt hij in het interview met De Limburger.
De kritiek van Sanders staat haaks op het beeld dat het bedrijf zelf schetst. Interim-directeur Bernd Jan Klein Entink stelt dat de reorganisatie een noodzakelijke afronding vormt van een breder herstructureringstraject. Dat traject is mede mogelijk gemaakt door een kapitaalinjectie van aandeelhouder Sebastiaan Sanders en investeringsmaatschappij Particon. Het doel is Leolux weer financieel gezond en toekomstbestendig te maken.
Blik op de toekomst
Ondanks zijn teleurstelling zegt Sanders te blijven zoeken naar mogelijkheden om het bedrijf te redden, onder meer via een herziening van de schuldenpositie en de mogelijke toetreding van een strategische partner. Als de huidige leiding deze plannen tegenwerkt, sluit hij niet uit opnieuw de Ondernemingskamer in te schakelen.
Leolux werkt ondertussen aan de benoeming van een nieuwe algemeen directeur, die nog voor het einde van het jaar wordt verwacht. Daarmee moet een nieuw hoofdstuk beginnen voor het familiebedrijf dat sinds 1934 een vaste waarde is binnen het Nederlandse meubeldesign.
Bron: De Limburger
GERELATEERDE BERICHTGEVING
