Consumenten zijn bereid om hun gedrag aan te passen voor een duurzamere levering van een online aankoop. Zo is 42 procent van de consumenten positief over langer wachten op een bestelling als dat duurzamer is. Slechts 12 procent zegt dit niet te willen doen. 15 procent van de consumenten is bereid om te betalen voor een bezorging met minder CO2-uitstoot. Dit percentage is iets gedaald, want voor de COVID-19-crisis was dit nog 17 procent. Dat blijkt uit de nieuwe Duurzaamheidsmonitor voor de e-commercesector van Thuiswinkel.org, die is uitgevoerd door StakeholderWatch.

Thuiswinkel.org is begin dit jaar gestart met het monitoren van de publieke opinie over e-commerce en duurzaamheid. Wijnand Jongen, directeur van Thuiswinkel.org: “De e-commercesector is heel efficiënt georganiseerd en dat is gunstig voor het klimaat, maar veel consumenten blijken een ander beeld te hebben. Bij het maken van duurzame keuzes is het voor zowel webwinkels als consumenten belangrijk om te weten wat een duurzame manier van aankopen doen is. De informatie uit de monitor helpt ons om de consument beter te informeren over het maken van een duurzame keus en om webwinkels te helpen in te spelen op de wensen van de consument in de verdere verduurzaming van de sector.”

De woonsituatie van mensen maakt veel uit voor de bereidheid tot duurzaam online bestelgedrag. Inwoners van stadscentra (24 procent) zijn veel vaker bereid om te betalen voor een duurzame levering dan mensen die wonen in woonwijken (17 procent), in een dorp (14 procent), of buiten de bebouwde kom (10 procent). 23 procent van de centrumbewoners laat duurzaamheid van de webwinkel ook meewegen in het besluit om daar al dan niet een aankoop te doen. Bij inwoners van een dorp (16 procent), buitenwijk (18 procent) of op het platteland (18 procent) is dit een stuk minder het geval. Stadsbewoners kiezen ook vaker een afhaalpunt uit duurzaamheidsoverwegingen: 35 procent van de centrumbewoners en 33 procent van de inwoners van een buitenwijk kiest bewust voor afhaalpunten. Bij dorps- en plattelandsbewoners gaat dit om respectievelijk 28 en 25 procent. Mensen in een stadscentrum voelen zich ook vaker bezwaard over een bestelling (18 procent) ten opzichte van een percentage tussen de 7 en 11 procent voor de groepen buiten het centrum.

Opvallend is dat vooral Millennials (geboren tussen 1980 en 1994), in vergelijking met andere generaties, in het laatste half jaar steeds minder bereid zijn om duurzame keuzes te maken als het gaat om online winkelen. De oudste generatie (babyboomers, geboren tussen 1946 en 1961) is het meest geneigd tot duurzaam gedrag bij het online winkelen. Liefst 50 procent is zeer bereid om langer te wachten op een bestelling als dat duurzamer is en 17 procent wil extra betalen voor minder CO2-uitstoot. De Millennials stonden tot de zomer van 2020 ook te boek als duurzaam: 40 procent van hen was bereid te wachten en 18 procent gaf aan te willen betalen voor minder CO2-uitstoot. Sinds de zomer daalt dit animo echter snel: inmiddels wil nog maar een derde van de Millennials wachten (34 procent) en geeft nog maar 13 procent aan te willen betalen. Daarmee daalt hun bereidheid om te betalen voor CO2-reductie tot onder dat van Generatie X (1961-1980) en Generatie Z (1996-2005) met respectievelijk 14 en 18 procent. Geen enkele generatie voelt zich vaak bezwaard als het gaat om online winkelen, al komt dit bij de jongere generaties GenZ (14 procent) en Millennials (12 procent) wel vaker voor dan bij Boomers en Generatie X (7 procent).

“Slechts 12 procent van de consumenten denkt dat online bestellen en de volgende dag afleveren een duurzame winkeloptie is. Het blijkt dat het best lastig is voor consumenten om te bepalen wat een milieuvriendelijke optie is, want dit is in Nederland toch echt een van de meest duurzame opties. De logistieke processen zijn hier goed geregeld, zeker wat betreft next-day delivery. De busjes kunnen goed gevuld worden”, reageert Wijnand Jongen. “De CO2-impact van een online bezorging is, afhankelijk van de factoren zoals afstand en vervoersmiddel, naar schatting ongeveer gelijk aan een bezoek aan de fysieke winkel. Dit komt omdat winkels vaak dagelijks beleverd worden met vrachtwagens in de binnenstad. De pakketbezorging is in Nederland heel efficiënt georganiseerd, omdat pakketten van verschillende winkels allemaal in één bus gaan die wel 200 bestellingen kan bezorgen. Enkele autoritten van consumenten naar de winkel leveren meer CO2-uitstoot op dan een rit van een pakketbus.”

Uit de Duurzaamheidsmonitor blijkt dat 63% van de consumenten bezorging bij een afhaalpunt en dan zelf met de fiets ophalen wel ziet als een milieuvriendelijke optie. Jongen: “Een afhaalpunt levert, in tegenstelling tot het beeld dat er bestaat, op dit moment geen milieuwinst op ten opzichte van thuisbezorgen, zelfs wanneer de consument het pakket lopend of met de fiets ophaalt. Het heeft wel die potentie als een groot deel van de consumenten voor deze optie zou kiezen. Met het programma Bewust Bezorgd probeert Thuiswinkel.org meer inzicht te bieden in de duurzaamheid van verschillende afleveropties. Als je een duurzame keuze wilt maken als consument, is het belangrijk om te weten wat de beste optie is.”

Bekijk meer informatie (bijvoorbeeld over de scheve perceptie van het aantal bestelbussen voor pakjesbezorging; dit zijn er in werkelijkheid minder dan dat veel mensen denken er ervaren) de monitor op:

www.thuiswinkel.org/nieuws/4539/bewuster-online-bestelgedrag-bij-centrumbewoners