Nederland telt 90.000 winkels. Gerard Zandbergen, van retailadviesbureau Locatus uit Woerden, vermoedt dat inmiddels tussen de 15-20.000 winkels inmiddels tijdelijk gesloten zijn. Hij baseert dit op een percentagebrekening aan de hand van de winkels aan de Slotlaan in Zeist waar hij op zondagavond langs fietste.

In de non-food hing bij de helft geen mededelling van gesloten zijn, bij 30 procent juist wel en bij 20 procent waren aangepaste openingstijden aan de orde. Hoe het nu, bijna een week later is: daarvoor wachten we zijn volgende blog af. Zijn verwachting bij dit percentage is dat het gaat stijgen: de gezondheidsrisico’s zijn te groot, afgemeten aan de richtlijnen van het RIVM.

Zijn collega Gertjan Slob zegt in een interview met Vastgoedmarkt dat de hardste klappen in de vastgoedmarkt vallen in de horeca: deze is conjunctuurgevoelig. Dus gaat het goed dan gaan mensen uit eten en drinken, dreigt er een recessie dan wordt dit meteen veel minder. “Kapotte kleding moet je vervangen, maar eten kan ook thuis, zo verwoordt hij dit sentiment. Door het wegvallen van horeca komen er gaten in de winkelstraten op centrumlocaties en leegstand is besmettelijk: het oogt onaantrekkelijk, stoot bezoekers af en de overgebleven retail lijdt verlies.

Met name middelgrote steden zonder toeristische attracties gaan dit merken, zo stelt Slob. Grote steden en kustplaatsen zullen dit effect dus minder snel merken. Hij noemt woninginrichters en meubelzaken als tweede gevoelige sector: ook conjunctuurgevoelig. Grote uitgaven worden uitgesteld. Hetzelfde zagen we in 2008. Mode en schoenen deden het bij voorspoed al sllecht en naar verwachting nu dus helemaal.

Afwaarderen van de prijzen voor dit soort winkelpanden maakt de transformatie naar een ander gebruik aantrekkelijker, zo zegt Slob die zich verbaast dat destijds in 2008 dit niet is gebeurd. Nu weten we beter, zo stelt hij.