De Europese Commissie presenteerde eergisteren een pakket van voorstellen binnen de zogenaamde European Green Deal  om van circulaire producten de norm te maken binnen de EU. Dit houdt ook in dat circulaire productie wordt gepromoot en dat consumenten in de EU ondersteund worden in het maken naar groene keuzes.

Dit geldt voor vrijwel alle fysieke producten, dus een lange levensduur en ontworpen op milieuvriendelijkheid, hergebruik, efficiënt energiegebruik en bij voorkeur een circulair karakter. Specifiek textiele stoffen moeten duurzamer worden, repareerbaar, herbruikbaar en recyclebaar. Dit als tegenwicht voor fast fashion, textielafval en het vernietigen van onverkocht textiel. Ook een verbetering van de sociale omstandigheden bij de productie van stoffen moet duidelijker worden geborgd, aldus de Commissie.

Ook consumenten moeten dus worden aangemoedigd om de stap naar duurzame producten te nemen. Betere informatie over de impact van producten op het milieu en bescherming tegen het veelvuldige greenwashing: roepen dat je duurzaam bent als fabrikant terwijl dit niet zo is. De Commissie beoogt met deze voorstellen ook een onafhankelijkheid van energievoorziening van buiten de EU (zeer actueel inmiddels) en het respectvol omgaan met de natuurlijke omgeving en de volksgezondheid. De Ecodesign regles van de EU hebben al geleid tot een vermindering van energieconsumptie, aldus de Commissie. In 2021 werd in de EU ongeveer 120 miljard euro bespaard op energiekosten. Dit staat gelijk aan 10 procent van de totale energieconsumptie in vergelijking met 2020. In 2030 moet er zoveel bespaard worden dat de EU totaal niet meer afhankelijk is van gas vanuit Rusland.

De voorstellen van de Commissie (in het Engels de proposal for a Regulation on Ecodesign for Sustainable Products ) benoemt het design van een product dat tot 80 procent de levensduur van een product moet gaan bepalen. Hierdoor moeten producten duurzamer, betrouwbaarder, herbruikbaar, repareerbaar, eenvoudiger te onderhouden en recyclebaar worden. Ook moeten ze minder energie en grondstoffen gaan kosten om te maken. De impact op het milieu moet voor consumenten direct duidelijk worden gemaakt. Dit gebeurt met een Digital Product Passport. Ook producenten zien dan meteen hoe ze een product moeten repareren of hergebruiken. Labels kunnen worden ingevoerd om verschillen aan te geven. Het vernietigen van onverkochte producten wordt tegengegaan bij deze voorstellen.

De Europese consumptie van textiel heeft na voedsel, huisvesting en mobiliteit de meeste impact op het milieu en klimaatverandering. Ook zorgt onze honger naar textiel voor de derde plek bij de consumptie van water en het gebruik van bouwgrond en is het bestemming nummer vijf voor het toepassen van grondstoffen. Vandaar dat de Commisie zoveel nadruk legt op textiele stoffen als productgroep die circulair gemaakt moet worden. Producenten worden verantwoordelijk gehouden voor het ontwikkelen en produceren van stoffen die aan de bovengenoemde eisen voldoen. Het verbranden van textiel (of gebruiken voor landwinning) moet tot een minimum worden teruggebracht.

Dit gaat niet in een keer, dus heeft de Commissie een traject uitgestippeld waarbij de lidstaten wordt opgeroepen via subsidies en belastingvoordeel de transitie naar circulair voor producenten te vergemakkelijken, zeker na de stilstand van twee jaar tijdens pandemie. Maar ook om de concurrentie van buiten de EU aan te kunnen. Overigens heeft de Commisie ook soortgelijke voorstellen gedaan voor circulair bouwen in de EU. Dit heeft nog meer impact want er werken zo’n 25 miljoen mensen in de bouw in de EU met een totaalomzet van 800 miljard euro per jaar. Op de foto hieronder de huidige Europese Commissie.

Frans Timmermans, Executive Vice-President voor de European Green Deal: “Het is tijd om een einde te maken aan het model van ‘take, make, break, and throw away’ dat zoveel schade veroorzaakt aan onze planeet, onze gezondheid en onze economie. Deze voorstellen zorgen ervoor dat in de EU alleen nog maar duurzame producten worden verkocht. Zo kunnen consumenten een keuze maken die energie bespaart, die gerepareerd kan worden en niet vervangen hoeft te worden en wanneer ze iets nieuws kopen dat dit in ieder geval een slimme keuze is die goed is voor het milieu. Zo komen we weer in balans met de natuur en verminderen onze kwetsbaarheid bij verstoringen in de global supply chains.”

Thierry Breton, Commissaris voor de interne markt: “Europese consumenten verwachten terecht producten die milieuvriendelijker zijn en langer meegaan. Meer duurzaamheid en energiezuinigheid betekent ook minder afhankelijk zijn van invloeden van buitenaf. Bovendien zorgt het innoveren van de textielindustrie ook voor nieuwe banen in de EU.”

Virginijus Sinkevičius, Commissaris voor het milieu, oceanen en visserij: “Onze voorstellen voor een circulaire economie zijn de start van een tijdperk waarin producten voortaan zo ontworpen dat iedereen er wel bij vaart. Met respect voor de leefbaarheid van onze planeet en bescherming van het milieu. Een langere levensduur van de producten die we gebruiken bespaart ook geld voor Europese consumenten.In plaats van vervuiling zorgen producten die aan het eind van hun levensduur zijn voor nieuwe materialen waardoor we minder afhankelijk zijn van de import van grondstoffen van buiten Europa.”