De Belgische meubelindustrie door Fedustria samengevat in cijfers en in karakter, veelzijdige fabrikanten blijven zich vernieuwen en ontwikkelen.
De Belgische meubelindustrie is verenigd onder de paraplu van Fedustria, de Belgische federatie van de textiel-, hout- en meubelindustrie. Fedustria promoot de exportactiviteiten van haar meubelleden onder de vlag van BelgoFurn. Hoe groot is de Belgische meubelindustrie? Wie vallen er onder? Hoe belangrijk is de export voor de meubelmerken? Een overzicht met behulp van de kerngegevens over de bedrijfstak zoals deze worden verzameld en verwoord door Fedustria.
De federatie omschrijft het DNA van haar leden als volgt: “Wij zijn een modern land dat van tradities houdt. Nieuwste ontwikkelingen in materialen en productietechnologie gaan hand in hand met een klassieke waardering van vakkennis en het streven naar topkwaliteit. Wie kiest voor Belgische creaties doet dat vanuit een voorliefde voor luxe, professioneel vakmanschap en creatief, elegant design. Of het nu gaat om geavanceerde producten of om items in een meer traditionele stijl, Belgische fabrikanten hechten veel belang aan de functionaliteit en het visuele aspect van een meubel.”
DUURZAAMHEID
Daarnaast leggen Belgische fabrikanten de nadruk op duurzaamheid en trachten ze vooral te werken met hernieuwbare en recyclebare materialen, zodat ze hun energieverbruik en hun CO2-voetafdruk tot een minimum kunnen beperken, zo stelt de federatie. “Dit alles verklaart waarom een relatief klein land als het onze zo’n kampioen is in de export van kwalitatief design naar veeleisende klanten over de hele wereld.” Naast de visionaire ontwerpen en hoogwaardige productietechnieken is het de uitzonderlijke service van Belgische meubelfabrikanten die deze zo bijzonder maken, zo stelt Fedustria vast. “Wijn als federatie dan ook trots deze uiterst professionele, vindingrijke en vakkundige sector te mogen vertegenwoordigen.”
ACTIVITEITEN
De federatie zet zich voor haar leden op alle vlakken in, zoals het laten uitvoeren van landen- en marktstudies, de activiteiten van BelgoFurn (inclusief de jaarlijkse Meubelbijbel die u bij deze uitgave vindt), collectieve promotie, het formuleren van gezamenlijke standpunten, overleg en samenwerking met de Belgische meubeldistributie, consultatie over centrale thema’s, normalisatie van regels en standaarden, productontwikkeling (in samenwerking met Wood.be) maar ook de opvolging van de terugnameplicht voor matrassen via Valumat VZW, het organiseren van netwerkevenementen en Europese coördinatie als lid van EFIC (Europese federatie van meubelfabrikanten waar bijvoorbeeld Koninklijke CBM en de Duitse VDM ook deel van uitmaken). Daarnaast verzamelt de federatie cijfers over de omzetten, export en het aantal medewerkers in de Belgische meubelindustrie.
GEEN BELEMMERINGEN OM TE BLIJVEN INNOVEREN
De periode van lagere conjunctuur waarmee de meubelsector, net als vele economische sectoren overigens, wordt geconfronteerd, belet de Belgische bedrijven niet om verder het pad in te slaan van duurzaamheid, circulariteit en innovatie/ productontwikkeling en zich voor te bereiden op de toekomst. Mede in het licht van wetgevende initiatieven, zoals de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid, wordt versterkt ingezet op bijvoorbeeld ecodesign en design for disassembly, wat hergebruik en recyclage van materialen en grondstoffen mogelijk maakt.
Een voorloper daarop is zonder twijfel de matrassensector waar steeds vaker circulaire oplossingen worden aangeboden op de markt. “Belgische fabrikanten nemen hierin een vooraanstaande rol in en dienen vaak als voorbeeld voor hun Europese collega’s. Het is nu zaak om ook de consument bewuster te maken van het belang van deze circulaire en ecologisch verantwoorde oplossingen en producten”, aldus Fedustria.
“EEN RELATIEF KLEIN LAND ALS HET ONZE IS EEN KAMPIOEN IN DE EXPORT VAN KWALITATIEF DESIGN NAAR VEELEISENDE KLANTEN OVER DE HELE WERELD.”
STRUCTURELE FOCUS OP TRANSPARANTE HERKOMST
De voorbije jaren ligt de focus ook steeds meer en meer op duurzaamheid. Terwijl de Europese Houtverordening, die in 2013 van kracht werd, de focus legde op legaliteit, geeft de invoering van de Europese Ontbossingsverordening (European Union Deforestation Regulation), nu allicht met een jaar uitgesteld, hieraan nog een extra boost. Naast het legale, wordt nu immers ook de duurzame herkomst van het hout in rekening gebracht. Bovendien is het zo dat ook zitmeubelen, die eerder waren uitgesloten van de verplichtingen van de houtverordening, voortaan ook onder deze wetgeving vallen. Voor importeurs, maar ook exporteurs, zal dit tot extra maatregelen en verplichtingen leiden om zowel legaliteit als duurzaamheid van de aangeboden producten te garanderen.
“Fedustria staat haar leden met raad en daad bij in dit dossier en werkt hiervoor nauw samen met de Europese koepelfederaties CEI- Bois (European Confederation of Woodworking Industries) en EFIC (European Furniture Industries Confederation). Het mogelijke uitstel van de verplichtingen met één jaar het Europees Parlement moet nog fiat geven- mag de marktoperatoren er zeker niet toe verleiden de voorbereidingen op de nieuwe verplichtingen op te schorten of te vertragen. In tegendeel: Fedustria spoort haar leden aan deze bijkomende maanden te gebruiken om zich terdege voor te bereiden.”
“BELGISCHE FABRIKANTEN NEMEN IN CIRCULAIRE OPLOSSINGEN EEN VOORAANSTAANDE ROL IN EN DIENEN VAAK ALS VOORBEELD VOOR HUN EUROPESE COLLEGA’S.”
CIJFERS
De kerncijfers van de Belgische meubelindustrie (2023) waren als volgt: er zijn 702 ondernemingen actief met in totaal 9.559 medewerkers. De totale omzet van deze bedrijven was in 2024 2.105,1 miljoen euro. Het aandeel van de export voor deze bedrijven is 57 procent. De waarde is in 2023 met 7 procent gedaald ten opzichte van 2022. De meubelfabrikanten vormen in totaal 35 procent van de totale omzet van de Belgische hout- en meubelsector. Het productievolume daalde in 2023 met bijna 11 procent ten opzichte van 2022. De omzetdaling wijt de federatie aan het aangetaste concurrentievermogen en de zwakkere vraag naar meubelen, zowel nationaal als internationaal. Alleen keukens kenden in 2023 een stabiele omzet waarde (+0,8 procent), de andere productgroepen moesten helaas een daling noteren. Hoge grondstofprijzen, hogere kosten voor energie en arbeid en een zwakke bouwactiviteit plaagt de industrie zowel binnen als buiten de grenzen en daarin is de Belgische meubelindustrie zeker niet uniek gebleken.
Neerwaartse exportbeweging
De Belgische uitvoer van meubelen (inclusief doorvoer) daalde in 2023 met 10,8 procent. 88,9 procent van de uitvoer van meubelen gaat naar de EU-markt, waar de leveringen 11,6 procent achteruitgingen. De verkoop aan Frankrijk, met een aandeel van 32,4 procent de belangrijkste exportmarkt, en Nederland, met 24,4 procent de tweede belangrijkste exportmarkt, viel fors terug met respectievelijk 23,7 en 11,1 procent. Op de Duitse markt, met 19 procent de derde belangrijkste klant, stegen de leveringen evenwel met 14,9 procent. Het Verenigd Koninkrijk verloor zijn plaats als de belangrijkste exportmarkt buiten de EU (aandeel 2,5 procent) aan de Verenigde Staten (aandeel van 2,9 procent), ingevolge de exportstijging op de Amerikaanse markt met 13 procent; dit terwijl de export naar het Verenigd Koninkrijk daalde met 10,6 procent.
Verdere daling in 2024
Tijdens het eerste semester van 2024 bleef de meubeluitvoer stabiel (+0,4 procent). De leveringen op de Europese markt daalden evenwel met 1,9 procent: Frankrijk -13,0 en Nederland -11,5 procent. Doordat de uitvoer naar Duitsland toenam met +46,4 procent wordt dat land nu dus de tweede belangrijkste afzetmarkt voor Belgische meubelen. De invoer van meubelen lag in 2023 12,7 procent lager. De daling van de invoer uit China zet zich verder (-8,1 in 2022 en -14,9 procent in 2023). Toch blijft China met een aandeel van 26,4 procent, de belangrijkste en zeer dominante leverancier van meubelen op onze markt. De Nederlandse (aandeel 15,9) en Duitse (aandeel 12,7) meubelinvoer daalde met respectievelijk 4,1 en 10,2 procent. Polen is de vierde belangrijkste leverancier met een aandeel van 9,2 en hield zijn leveringen op peil (-0,7 procent).
Tijdens het eerste semester van 2024 steeg de meubelinvoer dus met 1,1 procent. Er kwam een einde aan de dalende Chinese invoer. De meubelinvoer uit China steeg met +16,2 procent in het eerste semester van 2024 ten opzichte van dezelfde periode van 2023. Tijdens het eerste kwartaal van 2024 ging de tewerkstelling verder achteruit tot 8.933 werknemers: -8,9 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2023. Het niveau van bestellingen in de meubelhandel in 2024 blijft zwak. Vooral in de eerste vier maanden lag het niveau van de bestellingen duidelijk onder dat van 2023. Ook in juli-augustus daalden de bestellingen. Gecumuleerd voor de eerste 8 maanden lagen de bestellingen 2,8 procent lager dan in 2023.
Copyright
© 2025 Business Content Media Den Haag. Niets uit dit artikel of deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, elektronisch, op geluidsband of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever Business Content Media/Vakblad Interior Business Magazine.
Dit artikel is verschenen in Vakblad Interior Business Magazine, editie april 2025. Nog geen abonnement of wilt u een abonnement cadeau geven? Mail naar linda@businesscontentmedia.nl voor de meest recente aanbieding