Dit is de vraag die Jannes van Loon in zijn blog op de site van Locatus stelt. “De woningbouwsector kampt de laatste jaren met stagnatie, terwijl de vraag sterk is toegenomen. De politiek heeft grote ambities voor woningbouw, terwijl het ontwikkelen van nieuwe plannen veel tijd kost.”

“Woningbouw staat hoog op de agenda bij gemeenten en dat is terug te zien in de totale plancapaciteit, die is erg hoog. Als het lukt al deze plannen om te zetten in woningbouw, is een stevige impuls van de woningbouwproductie mogelijk. Alle harde en zachte plannen tellen bij elkaar op tot een totale plancapaciteit van – volgens Locatus – 1,3 miljoen woningen in heel Nederland per januari 2025. Sommige regio’s zijn bijzonder ambitieus. Flevoland wil de woningvoorraad met 57% uitbreiden, groot Amsterdam met 36%. Een nadeel is dat een groot deel van de plannen zich bevindt in de zachtere fases van het planologisch proces. Deze zachte plancapaciteit zal op korte termijn geen bouwvergunningen opleveren.”

“Locatus inventariseerde 517.000 woningen die in de overgangsfase zitten van zacht naar hard plan. Deze plannen worden uitgewerkt tot concreet plan. Deze fase wordt vaak vertraagd door een gebrek aan ambtelijke capaciteit, stroperige participatietrajecten of een stapeling van overheidsambities. Hier liggen kansen om tijdwinst te boeken met het nieuwe programma STOER en de praktijk van het parallel plannen.  Als dit slaagt, dan betekent dit dat er een stuwmeer aan mogelijk kansrijke plannen ligt.”

“Aan harde plannen heeft Locatus 202.000 nieuwbouwwoningen geïnventariseerd. Ongeveer 80% hiervan is nog niet vergund. Hier ligt dus veel potentieel om de woningbouw op korte termijn op te schroeven.”

Lees hier het volledige blog, waaronder ook de aanbevelingen aan de gemeenten door Van Loon:

Is er genoeg realistische plancapaciteit om de woningbouw snel op te schroeven?