Maersk-dochter Hamburg Süd moet van de Amerikaanse toezichthouder FMC (Federal Maritime Commission) een schadevergoeding van bijna 10 miljoen dollar betalen aan de Amerikaanse verlader OJ Commerce, een meubelimporteur met hoofdvestiging in Florida die een aanklacht tegen de rederij had ingediend wegens contractbreuk. Dat melden de collega’s van transportmagazine NT.
De schadevergoeding, een voorlopige uitspraak waartegen de rederij nog in beroep kan gaan, is aanzienlijk hoger dan eerdere boetes die de Amerikaanse maritieme toezichthouder had uitgedeeld in recente zaken tegen containerrederijen.
Zo sloot Hapag-Lloyd vorig haar een schikking van 2 miljoen dollar met de FMC nadat de Duitse rederij was aangeklaagd door twee Amerikaanse containertruckingbedrijven en moest de Taiwanese rederij Wan Hai 850.000 dollar op tafel leggen. Cosco maakte een einde aan een FMC-procedure door zelf een schikking te treffen met de ontevreden Amerikaanse woonartikelenspecialist MCS, een deal waarvan het bedrag niet geopenbaard is.
Meubelimporteur OJ Commerce had in de zaak tegen Hamburg Süd zelf een nog veel hogere schadevergoeding geëist, van 100 miljoen dollar. Dat waren volgens de verlader de extra kosten die gemaakt moesten worden doordat de containerrederij tijdens de corona hausse weigerde om het aantal contractueel afgesproken containers voor OJ mee aan boord te nemen, waardoor het bedrijf gedwongen werd om containerruime te kopen op de destijds peperdure markt.
De FMC heeft berekend dat de werkelijke schade die de meubelimporteur geleden heeft aanzienlijk lager was dan die 100 miljoen: 4,6 miljoen dollar, maar de toezichthouder noemt het wel ‘gepast’ om dat bedrag te verdubbelen en Hamburg Süd een kleine 10 miljoen dollar te laten betalen, omdat de rederij volgens de toezichthouder inderdaad wel ‘willens en wetens’ hoge rekeningen heeft gestuurd aan de assertieve verlader, daarmee in strijd handelend met de Amerikaanse Shipping Act.
Lees hier verder bij onze zeer gewaardeerde collega’s van NT
