De reden hiervoor zijn fabrieksstoringen bij de productie van de basischemicaliën (TDI) die nodig zijn voor schuim. De corresponderende plantenexploitanten DOW, Covestro en BASF hebben als gevolg van deze storingen overmacht geregistreerd en hebben hun klanten geïnformeerd dat de bestaande leveringscontracten niet kunnen worden gehaald, vanwege de knelpunten. Dit heeft ook invloed op het vermogen van schuimfabrikanten en verwerkers om te leveren.
Bij meubelfabrikanten leidt dit tot stilvallende productie, oplopende levertermijnen en als gevolg daarvan mogelijk schade- en boete claims.
De storingen bij de productie kunnen worden aangemerkt als een vorm van overmacht waardoor meubelfabrikanten niet of niet tijdig kunnen leveren. Schade- en boeteclaims zouden in dat geval niet aan de orde moeten zijn.
Alhoewel elke situatie afzonderlijk beoordeeld moet worden zou men zich naar klanten/opdrachtgevers kunnen beroepen op overmacht. In ieder geval zou de aanleiding een reden voor enige clementie moeten zijn.
CBM: ”Heb je hiermee te maken, onze juristen staan je graag bij. Een modelreactie naar een klant tref je hier.”
