Interior Business Classic Interview 2019 – Arend Teerink

jul 10, 2020Magazine, Nieuws, Premium artikelen

Vorig jaar waren we in Zelhem en interviewden we, in aanloop naar de show in het Meubelhart Beuichem, een echte meubelman: Arend Teerink van Lenselink Furniture. Het werd een mooi en openhartig gesprek. Lees hier het hele interview.

“De meubelen zitten me in het bloed”

Als kind was de aimabele meubelondernemer Arend Teerink al frequent te vinden in de meubelfabriek van zijn vader: Meubelfabriek Lenselink. Op zijn achttiende trad hij in vaste dienst van de fabriek, waarvan hij in 2017 met pijn in zijn hart, maar weloverwogen afscheid nam. Met het jonge bedrijf Lenselink Furniture staat Arend op eigen benen en is hij gelukkiger dan ooit. Aan de vooravond van de najaarsshow in het Meubelhart vertelt Arend over de ‘scheiding’ van zijn broer, het bedrijf en de passie voor het meubelvak. ‘’De meubelen zitten me in het bloed. Ik wil dit wel blijven doen tot mijn tachtigste!’’

Hengelo
‘’Ik ben geboren en getogen in Hengelo in Gelderland en ben opgegroeid in een gezin van 2 kinderen en hard
werkende ouders. Mijn vader was een gedreven man. Mijn moeder is opgegroeid in een klompenmakerij in
Hengelo. Nadat ze elkaar leerden kennen, is mijn vader bij mijn moeder ingetrokken. Mijn vader werkte bij
Meubelfabriek Lenselink in Hengelo als boekhouder. Hij was er een trouw werknemer. Toen meneer Lenselink op leeftijd was, vroeg hij zich af of mijn vader het bedrijf misschien over wilde nemen. Daar had hij wel oren naar. Hij heeft het bedrijf overgenomen. Op zich was het een slecht moment. Het was begin jaren ’80. Het land zat in een diepe crisis. De fabriek produceerde vooral eiken meubelen. Het bedrijf stond op springen. Mijn vader is toen begonnen met het produceren van eiken kuipbankstellen. Die bankstellen zijn een internationale hit geworden. Hij leverde aan klanten over heel de wereld. Japan, Korea, Ierland, UK, noem het maar op. Hij heeft er echt een mooi bedrijf van gemaakt. Van de verdiende centjes heeft hij het vastgoed ook kunnen kopen. De man heeft knetterhard gewerkt. Echt van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Ik denk dat dat ook te maken heeft met het feit dat mijn moeder heel vroeg is overleden. Ze was pas 42 jaar toen zij stierf. Mijn vader heeft zich toen helemaal in het werk gestort en daar zijn heil in gezocht.’’

Beroepskeuze
‘’Tot mijn 14e jaar had ik echt geen idee wat ik later wilde gaan doen. Toen mijn vader de fabriek overnam,
veranderde dat. Als jonge knapen liepen mijn broer en ik veelvuldig mee in de fabriek. Het bleek een mooie basis voor later. Ik vond het allemaal prachtig. Ik voelde me thuis in die fabriek. Na mijn school heb ik, in de voetsporen van mijn vader, een opleiding tot boekhouder gedaan. Ik was dus voorbestemd voor een baan -binnen op kantoor. Ik had zeker geen zin om verder te studeren en ben eerst nog in militaire dienst gegaan. Een jaartje bij de Luchtmacht. Vervolgens ben ik op mijn achttiende in vaste dienst gekomen bij Lenselink. Ik denk dat mijn achtergrond ook de enige manier is om in deze business terecht te komen. Wat hoe kom je anders in de meubelbranche terecht? Enfin, ik begon op de boekhouding en het beviel me bijzonder goed, moet ik zeggen. ‘’Maar ik wilde ook nog andere dingen in mijn leven. Toen ik 18 was, zorgde ik voor een auto en een aanhanger. Op zaterdagen bezocht ik onze klantenkring met allerlei aanvullende handel. Zo kreeg ik al snel een goede band met onze klanten en bleek dat ik ook commerciële vaardigheden ontwikkelde. Toen kwam er in het bedrijf een positie vrij van Vertegenwoordiger. Mijn vader vroeg me of dat niets voor mij was. Het leek me wel wat. Maar ik vond het ook wel wat engs hebben; de grote boze buitenwereld die op me wachtte. Ik twijfelde. Uiteindelijk gaf ik aan dat ik het wel wilde proberen, onder de voorwaarde dat ik mijn positie als boekhouder weer terug zou krijgen als het niets zou worden. Maar vanaf dag 1 heb ik nooit meer wat anders gewild. We zijn inmiddels 35 jaar verder.’’ ‘’Ik verkocht eiken bankstellen en er was aardig achterstallig onderhoud, dus genoeg ruimte om te presteren. Ik behaalde mooie resultaten en dat gaf me weer een enorme drive. Langs de weg deed ik ook contacten op bij collega fabrikanten. Dat mondde uit in een aantal agentschappen. Denk aan Küppers uit Duitsland, maar ook Marsan en Smevra. Zo ontwikkelde de -fabrikant- Lenselink zich dus ook tot agentuur. Naast agentschappen en het produceren in Nederland, wat steeds moeilijker werd, zijn we op een gegeven moment ook een groothandel begonnen. We gingen importeren uit Roemenië en Polen.’’

‘scheiding’
‘We hadden dus een fabriek, de agenturen en de groothandel. Mijn broer was gefocust op de fabriek en ik meer op de agentschappen en de groothandel. Jarenlang heeft het bedrijf zo gefunctioneerd. Maar om een lang verhaal kort te maken, kun je wel zeggen dat mijn broer en ik de laatste jaren een verschillende visie hadden over ons bedrijf. Daarom was een scheiding onafwendbaar en hebben we uiteindelijk, in goede harmonie, ieder ons eigen pad gekozen. Ik ben in 2017 doorgegaan met wat me het beste ligt: de agenturen en de groothandel, ondergebracht in Lenselink Furniture. Natuurlijk heeft de scheiding mij veel pijn gedaan. Het is het resultaat van een lang proces. Het belangrijkste voor mijn broer en ik is dat onze klanten er niet onder hebben geleden. En dat is gewoon heel erg fijn. Nee, het is een prima scheiding geweest.’’

Agenturen: Vilmers en Zitform
‘’We zijn nu ook agent van Zitform (Montel Mobilya, red). Ik zocht een bankstellenfabrikant. We ontwikkelden eerder al een eigen collectie binnen de fabriek Montel. Die collectie heette Plan B. Ik ken de mensen van Zitform al jaren. In 2017 waren ze klaar met hun agenten. We nemen nu de gehele verkoop op de Nederlandse markt voor onze rekening. In datzelfde jaar kreeg ik een tip van Eric Keusters van Textaafoam. Toen ben ik in contact gekomen met het Litouwse Vilmers. Die fabrikant past echt bij ons: een mooi kwalitatief meubel voor een nette prijs. Daarmee is ons pakket compleet.’’ ‘’We ontwikkelen samen. Het begint ieder seizoen met een bedrijfsbezoek en de modellering. In april/mei gaan we altijd naar Litouwen en Turkije. Daar bepalen we de collecties voor september. In juli gaan we dan terug en bekijken we of gedaan is wat is afgesproken en zetten de puntjes op de ‘i’. Als we dan groen licht geven, zien we het model terug op de beurs. Je wil namelijk teleurstelling voorkomen en monitoren het model en de gebruikte materialen nauwkeurig.’’

Reizen
‘’Ik heb heel wat afgereisd. Het reizen, de snelle bezoeken aan de fabrieken, het is allemaal een stuk minder
romantisch dan men denkt. Het is met name heel veel kilometers maken. Ik reis veel samen met Gerrit Kempers, die al 19 jaar bij me in vaste dienst is. Natuurlijk zitten er leuke kanten aan. Door de jaren heen ontwikkel je zo je vaste rituelen. Zo doen Gerrit en ik altijd een biertje in Duitsland. En we zijn bevriend geraakt met de hoteleigenaren. Ik heb tijdens die reizen diverse gezellige hotelletjes ontdekt en daar blijf je dan altijd terugkomen. Dat is echt ontzettend leuk en het voelt als we aankomen iedere keer weer als een soort ‘thuiskomen’ Met Gerrit ga ik heel vriendschappelijk om. We completeren elkaar. Met zijn tweeën, zie je meer dan alleen. Gerrit is, net als ik, een echt ‘meubeldier’.

Concurrentie
‘’In de crisistijd heeft er eens schifting plaats gevonden. De goede bedrijven zijn overgebleven. Dit was naar mijn mening een erg noodzakelijk proces. Want als je sterk genoeg bent om vol te houden, dan heb je erna minder concurrenten. We hebben nog altijd veel collega concurrenten. We gaan de strijd sportief aan. Het is altijd weer een mooi gevecht dat wordt beslist door de klant. De klant bepaalt. En wij moeten er voor zorgen dat we een goede collectie hebben.’’

 

Meubelhart Beusichem
‘’We hebben de ‘booming’ tijden meegemaakt. Dat was feest. We hebben altijd op de beurzen gestaan: de
Juliana hallen in Utrecht, ‘HTC’, Beusichem, maar ook internationaal. We stonden met ons eiken en Küppers in Birmingham en Keulen. We houden van het beursgevoel en de sfeer is bij ons op de stand altijd bijzonder goed geweest. Het feest op de beurs, dat is bij ons altijd wel een beetje gebleven.’’
‘’In Beusichem voelen wij ons op onze plek. Het bezoek is hier zeer goed en we halen goede omzetten. En erg belangrijk: we hebben de ruimte om onze collecties goed te presenteren. We hebben onlangs 500 m2 opnieuw ingericht met o.a een geheel nieuwe vloer en hebben nu 1500 meter ter beschikking. Dat zou elders onbetaalbaar zijn. Wat ook fijn is dat de klant echt de tijd neemt. Men voelt zich in Beusichem niet zo opgejaagd en dat is prettig werken. Ja, dat zou je kunnen samenvatten als de welbekende ‘gemoedelijkheid’ in Beusichem.’’ ‘’We gaan weer veel nieuwe modellen van Vilmers en Zitform presenteren en zijn met Lenselink Furniture begonnen met het in de markt zetten van een collectie relaxfauteuils, die we importeren. Dat is een heel lang traject geweest. We hebben met diverse leveranciers gesproken, ook in Nederland. Uiteindelijk hebben we een hele goede leverancier in China gevonden. We hebben er
hoge verwachtingen van. We zullen ze presenteren op de najaarsshow in Beusichem.’’

Visie
‘’De wereld is enorm veranderd. Vroeger was Polen ver weg en nu is China dichtbij. Winkeliers kopen ook zelf containers in China, maar dat zie ik niet als een ontwikkeling. Dat is altijd zo geweest. Ik zie dat als de wet van de grote getallen. Je moet denk ik vooral doen waar je zelf goed in bent. Er gaat nog veel gebeuren, ook op het digitale vlak. Maar ik krijg veel interessante partijen over de vloer die ons als groothandel nodig hebben. Ik zie mezelf de komende 10 jaar nog wel een boterham verdienen. Ik denk niet dat alle fabrikanten rechtstreeks gaan leveren aan de consument. Het klinkt zo aantrekkelijk en gemakkelijk. En lekker veel marge. Maar onderschat alsjeblieft niet wat er allemaal wel niet moet gebeuren voordat een meubel in de woonkamer staat. Er komt zoveel meer bij kijken dan alleen het maken van een meubeltje. Fabrikant zijn of de consument bedienen: ik denk -en hoop- dat dit 2 verschillende zaken blijven.’’ ‘’Veel winkeliers zijn namelijk op een mooie manier met hun vak bezig. Consumenten voelen zich thuis bij die winkeliers. Dat is ook veel waard. Meubelen, dat is emotie en niet alleen maar een plaatje. Als je het goed doet, ben je druk met ieder detail. Want waarom een model goed loopt, dat zit hem in die details.’’

Happy
‘’Ik heb sinds 9 jaar een relatie met Barbara. We hebben een geregistreerd partnerschap. Ze woont in Oostenrijk. En ik woon in Hengelo. Ik vind dat prima zo. Het is een fijne relatie: een weekendje hier en en een weekendje daar. En we vieren mooie vakanties samen. Het bevalt goed.’’
‘’Hoe het bedrijf nu staat bevalt me zeer goed. Ik werk met een ongelooflijke fijne groep mensen. De jongens
hier nemen me alles uit handen. Ik kan altijd met een zeer gerust hart op reis. En het loopt allemaal lekker. We proberen het zo goed mogelijk te doen voor onze klanten. En als je dat voor mekaar hebt, dan heb je zelf een rustig leven. Ik zit bijzonder goed in mijn vel. Ik ben volledig happy. Ik wil wel tot mijn tachtigste blijven werken!’’

Dit artikel heeft u kunnen lezen in Interior Business Magazine 18-2020. Nog geen lid? Mail nu.